» Boeken » 100 Jaar Akkerbouw 1883-1983 » Pagina 40-41
Er wordt door de regering een stelsel van teeltvergunningen van kracht,
hetgeen ge- en verboden inhoudt en daarbij behoort ook dat de tuinbouw 25
procent en de landbouw 50 procent van de oppervlakte met voedingsgewassen
moet gaan betelen.
De Andijkers voelen niets voor de regelingen van overheidswege en zij
stellen het ministerie voor 35 procent van hun grond met voedingsgewassen
te gaan betelen in ruil voor volledige verdere vrijheid van handelen. Die
vrijheid wordt later grotendeels verleend. In maart werd een aanvraag
ingediend voor turf en briketten voor velderspotten (theestoven).
Akkerbouw leende bedrijfskapitaal, onder andere bij de firma Rood en Zn.
in Bovenkarspel tot totaal ƒ 75.000,00.
Er werd gewezen op de noodzaak schoolverlaters herhalingscursussen te
laten volgen, waardoor zij beter zouden zijn voorbereid voor de
tuinbouwwintercursussen.
Ook waren er plannen voor het opzetten van cursussen voor eenvoudig
landbouwboekhoudkunde en een cursus in het gebruik en behandeling van
motoren, maar deze laatste cursus kwam niet tot stand.
Dan begint ook de discussie over het al dan niet invoeren van
zomertijd. De tuinders vonden die zomertijd onvoordelig en ongewenst.
Akkerbouw wordt door de burgemeester benaderd om kennis te nemen van de
landarbeiderswet inzake huizenbouw, maar beoordeling van die wet achtte
men meer op de weg te liggen van de bouwvereniging.
En wat de bonensoorten betreft is de algemene opvatting dat er
verbeteringen moesten komen, waartoe samenwerking ware te zoeken met
verenigingen in de omgeving. Enkhuizen had een coöperatieve vereniging
ter veredeling van tuinzaden.
Er ontstond enig rumoer over de proeftuin omdat sommigen vonden dat de
tuin teveel kostte en het nut ervan twijfelachtig was te achten. De
achtergrond hiervan was dat de tuinbaas Kaastra een omstreden figuur was,
een idealist, links georiënteerd en geheelonthouder. Daar hadden sommigen
moeite mee. Ook zijn vrijetijdsbesteding viel niet bij iedereen in de
smaak, maar over zijn werk waren er geen aanmerkingen.