» Boeken » Andijkers in verzet » Pagina 51-53
In het algemeen was het niet bekend of Duitsers in aantocht waren voor het
houden van b.v. een razzia.
Wat dit betreft heeft de heer Lenters Sr. een uiterst belangrijke rol gespeeld,
omdat hij er steeds goed van op de hoogte bleek te zijn als de Duitsers het
voornemen hadden in een bepaalde gemeente een inval te doen.
Aanvankelijk bemande hij het adres (N.V. Drukkerij en Boekhandel v/h J. W. de
Graaf) in Enkhuizen, waar onderduikers die met de trein aankwamen, opgevangen
werden alvorens zij naar hun definitieve adres werden gebracht. Honderden en
honderden onderduikers zijn de heer Lenters op deze manier gepasseerd.
De langste tijd van de oorlog heeft hij echter in Andijk moeten doorbrengen
als onderduiker. Hij verbleef bij de familie W. Kooiman Pzn., toen woonachtig
aan de Dijkweg.
Dit onderduiken was nodig nadat hij, ontboden op het stadhuis in Enkhuizen,
dank zij een waarschuwing van een ambtenares via een achterdeur had kunnen ontkomen
aan arrestatie.
Door een list probeerde men nl. een aantal mensen naar het stadhuis te lokken
om hen vervolgens te arresteren.
Zoals gezegd, de heer Lenters was, overigens op een manier die nooit bekend is
geworden, zeer goed op de hoogte met Duitse acties, in ieder geval op het punt
van razzia's.
Een alarmbericht van de heer Lenters werd in Andijk dan ook altijd uiterst serieus
genomen, vooral omdat ze steeds betrouwbaar bleken. Bij dit alarmsysteem was
het ook belangrijk dat dokter v.d. Weg een zgn. doorverbinding had waardoor hij
dag en nacht bereikbaar was. Bij alarm belden op zijn verzoek de postkantoorhouders
Jan Timmerman (Oost) en mejuffrouw De Haas (West) een aantal mensen op, waarop
vervolgens de wijkcorrespondenten de alarmberichten in de gezinnen met een onderduiker
brachten.
Binnen zeer korte tijd hadden de honderden onderduikers zich dan verspreid en
verscholen. Vooral in de polder hielden ze zich verborgen, in zgn. veldersboetjes.
De vraag blijft inmiddels hoe de heer Lenters aan zijn informatie kwam. Het
antwoord op deze vraag is daarom zo interessant, omdat door zijn informatie
zeker honderden mensen uit de handen van de Duitsers zijn gebleven.
Immers, Andijk zat volgepakt met onderduikers en een razzia bij verrassing zou
stellig hoogst ernstige gevolgen hebben gehad.
Dit alles was belangrijk genoeg om de zoon van de heer Lenters hierover aan te
spreken. Hij (Ben Lenters) functioneerde tijdens de oorlog als koerier (waarover
later). Aanvankelijk had hij moeite hierover iets te zeggen, omdat zijn vader
er ook altijd over had gezwegen.
Hij vertelt hierover: 'Ik kan alleen maar zeggen dat ik een vermoeden heb over
de manier waarop mijn vader aan informatie kwam. Hij had nl. een bijzonder goede
relatie met de toenmalige inspecteur van politie, de heer Beekhoven.
Aan die man dankt hij ook zeer waarschijnlijk dat hij in het stadhuis in Enkhuizen
niet werd gepakt. De manier waarop hij werd uitgenodigd daar te komen was zodanig,
dat hij er als gewaarsdhuwd man naar toe ging.
De anderen liepen zonder argwaan in de val.
Deze inspecteur was vrijwel altijd op de hoogte van bepaalde acties die de Duitsers
ondernamen, omdat daarbij ook altijd zekere politiediensten moesten worden vervuld.
Bovendien heb ik de indruk dat deze inspecteur er ook altijd opzettelijk op uit
was van allerlei dingen op de hoogte te komen, b.v. via het stadhuis e.d.'