» Diversen
» De Speelwagen
» 1953
» No. 7
» pagina 201-202
Eerder verschenen in 'De Speelwagen',
8e jaargang,
1953,
No. 7,
pagina 201-202.
Uitgave: Historische Genootschappen in Hollands Noorderkwartier.
Velen hebben hun vacantie deze zomer benut tot het maken van grote reizen, soms tot ver in het
buitenland. Wij zijn ditmaal dicht bij honk gebleven en hebben, doodgewoon op de fiets, de eigen omgeving
verkend. Speciaal de "binnenlanden" van West-Friesland waren ons doel en we hebben aan die tochten door
vele ons minder of zelfs onbekende dorpen en dorpjes zeker niet minder genoegen beleefd dan anderen aan
hun reizen door vreemde streken en langs grote steden.
Een van die "ontdekkingsreizen" bracht ons - eerlijk gezegd niet geheel toevallig - in Opmeer, dat zich
feestelijk opmaakte voor de opening van zijn wijdvermaarde landbouwtentoonstelling.
En daar zagen wij op 'n zomerse Zondagmiddag een ongewone optocht langs de wegen trekken: een fleurige,
kleurige, echt-ouderwetse boeren-bruiloftstoet.
Ter ere van de bijzondere gelegenheid werd ze geopend door niemand minder dan de burgemeester, die
hoog-gehoed te paard zat, de zware ambtsketen zilver-blinkend op zijn zwarte jas. Naast hem lopend de
gemeentebode, ook in zwart costuum, maar op witte klompen.
Dan volgde de eigenlijke bruiloftstoet. Eerst het bruidspaar met speelnoot-hoog en speelnoot-laag in
sierlijke, kunstig-beschilderde sjezen. Daarachter kwamen de familie en vrienden in bag en tilbury, in
glazewagen en karikel, in jacht- en speelwagen en hoe dat oude spul verder heten mag.
De paarden op hun Pinkster-best getuigd, droegen met "platezilver" of "schulpen" getooide hoofdstellen,
de zwepen waren met bloemen versierd en een lachende bruid wierp bruidsuikers uit voor de kinderen.
Wat vooral de bewondering wegdroeg: de oude costuums van bruigom en bruid en van de bruiloftsgasten! Hier
was nog eens al het mooie goed uit groot- en overgrootmoeders tijd in het licht gehaald. De vrouwen
droegen de flatteuze kappen van fijne kant en met alle flonkerende sier en de kostelijke japonnen van
stemmige, effen zijde of van vrolijk, gebloemd damast, compleet met koralen ketting en zilveren beugeltas.
De mannen droegen de hoge hoeden staken in 't zwarte pak, opgefleurd door 'n gekleurd vest en vooral
verlevendigd door de witte kousen om de kuiten.
Een gulle zon zette aan dit alles luister bij en een bolle wind deed de vlaggen rondom het feestterrein
vrolijk wapperen. Daar in de openlucht, onder een echte Hollandse hemel, bezeild door grillige, witte
wolken, werd onder vele toespraken, voordrachten, muziek en gezang de bruiloft gevierd.
Er was midden op het groene grastapijt een groot plankier gelegd, waarop het gezelschap als het lust had
ten dans kon trekken. En men had lust! Die oude dansen in die aardige kledij waren bekoorlijk en leutig
om te zien en ze werden gedanst op een wijze, die duidelijk toonde, dat de deelnemenden er bovenal zelf
plezier in hadden.
De kern van de bruiloftgangers werd gevormd door de bekende Schermer dansgroep en deze liet afzonderlijk
nog enkele dansen zien van wat ingewikkelder allure, die werkelijk perfect en met zwier werden
uitgevoerd.
We hebben geboeid het schouwspel gevolgd. Een "schouwspel" inderdaad, want hoe "echt" het ons voor ogen
werd getoverd, het was helaas slechts een spel en niets meer.
Maar dan toch een spel, dat ons iets te zeggen had, dat even een stukje verleden deed herleven en aan
onze generatie, die zo lijdt aan vervlakking en stijlloosheid een aanschouwelijke en aantrekkelijke les
gaf in stijl en gratie.