» Diversen
» Westflinge
» 12 maart 2008
Westflinge
De rubriek Westflinge richt de schijnwerper op het verleden van West-Friesland met een actuele aanleiding.
Vandaag aandacht voor het Andijk van bijna honderd jaar geleden.
(Eerder verschenen in het Noordhollands Dagblad, woensdag 12 maart 2008.)
Door Ed Dekker
ANDIJK – Timmerman Klaas Burger, kruidenier Reinder Aris Kooiman en broodbakker Cornelis van
Otterloo behoorden tot de eerste bewoners in Andijk van de nieuwe huizen aan de Hoekweg. Deze woningen
zijn, net als die aan de nabijgelegen Molenweg, gebouwd na de bange januarinacht van 1916.
De bouwgolf was een van de antwoorden op de stormramp die Andijk ruim negentig jaar geleden teisterde.
Vereniging Vrienden van Oud Andijk gaat in het pas verschenen Jaarboekje 2008 uitgebreid in op de
nieuwbouwactiviteiten.
De loeiende storm in de nacht van 13 op 14 januari 1916 had menigeen de ogen geopend. Het scheelde
bitter weinig of de Drechterlandse Zeedijk, onderdeel van de Westfriese Omringdijk, was bezweken. Als
de wiedeweerga werd ingezet op versterking van de dijk.
Om ruimte voor verbreding te maken, moesten huizen langs de Dijkgracht worden verplaatst. Deze gigantische
operatie leidde tot nieuwbouw aan wegen als Kleingouw, Hoekweg en Schoolweg. Auteur Siem Kieft heeft
in het nieuwe jaarboekje, jaargang 32, een overzicht gepubliceerd van de eerste bewoners van de Hoekweg
en Molenweg. Ook stipt hij de voorgeschiedenis van beide wegen aan.
Oostelijk West-Friesland ontsnapte in 1916 aan een watersnoodramp, schreef Peter Ruitenberg uit
Bovenkarspel in zijn in 1988 verschenen boek ‘De bange januarinacht’ over de storm en de nasleep daarvan.
Waterschap Drechterland liet de dijk aanmerkelijk verhogen, verzwaren en versterken, aldus Ruitenberg.
Honderden percelen werden onteigend, wegen werden aangelegd. ‘Andijk kreeg een ander gezicht’,
concludeerde Peter Ruitenberg.
Deze conclusie kan Siem Kieft volmondig beamen. Kieft wijst in zijn artikel op een Koninklijk Besluit
van 1919 tot onteigening van percelen in de gemeenten Enkhuizen, Andijk en Wervershoof voor het verhogen
en verzwaren van de Drechterlandse Zeedijk. Het betroffen 625 percelen.
Voor Andijk ging het om 589 percelen. De onteigening was nodig om de omvangrijke operatie te kunnen
uitvoeren.
De gemeente Andijk legde de straatnaam Hoekweg in 1920 officieel vast. Twee jaar eerder, aldus Kieft,
stelde de gemeente een commissie in om geschikte bouwterreinen voor woningbouw te zoeken, aan diverse
wegen.
Deze commissie bestond uit W. Singer Jzn., K. Tensen, D. Molen Jzn., D. Brouwer Gzn., H. Tuytel, Jb.
Kooiman Pzn., P. Dekker Kzn., P. Groot Jzn. en F. Taberings.
Uit deze commissie ontstond in 1919 de Andijker Woningbouw Vereniging.
De bouwgolf leidde datzelfde jaar tot de oprichting van een tweede woningbouwvereniging, ‘Coöperatieve
Woningbouw Vereniging Nieuw Andijk’.
De eerste huurwoningen werden in 1925 voorzien van lichtpunten, op verzoek. Voorwaarde was dat de huurder
geen schuld had. De aansluiting in 1930 op de waterleiding leidde tot een huurverhoging van 30 cent per
week.
Voor zijn artikel heeft Siem Kieft veel archiefstukken geraadpleegd. Hij richtte zich op de Hoekweg
en Molenweg. Bij deze wegen konden in acceptabel tijdsbestek de eerste bewoners worden achterhaald.
De huisnummering is namelijk niet veranderd.
De eerste steen voor de Middenschool aan de Hoekweg werd gelegd op 13 september 1928, zo ontdekte Siem
Kieft. De eer van de steenlegging werd gegund aan onderwijzeres B. Statema. De eerste onderwijzer was
A. Warnaar.
De Molenweg had al eerder een school, de Westerschool. De 6-jarige dochter van burgemeester Groot mocht
op 10 augustus 1920 de eerste steen plaatsen. Ook dit was een ‘tweemansschool’: Pieter Swart was de
onderwijzer, A. Lakeman onderwijzeres.
Aan de Molenweg kwam in 1927 een tijdelijk kantoor van de Directie der Zuiderzeewerken. Dit kantoor
was nodig in verband met de inpoldering van de ‘Proefpolder’, de allereerste Zuiderzeepolder.
Tot de eerste bewoners van de Molenweg behoorden grondwerker Jan Schoonbeek, timmerman/machinist Leendert
Lub, zaadhandelaar Pop Vriend, lijnwerker Cornelis Kooyman en brandstoffenhandelaar Willem Meijer.