» Diversen » Artikelen uit WFON » 1981 » Pagina 9
Daar werden twee kinderen geboren, waarvan de tweede reeds in 1862 te Andijk overleed.
Te Andijk werden nog twaalf kinderen geboren, waarvan de laatste twee levenloos.
Meister Hammes was op 13 april 1859 als gast aanwezig in een bijeenkomst
van het Nut van 't Algemeen en werd al spoedig lid. Dat hoorde zo:
burgemeester, secretaris, dominee, dokter, notaris en schoolmeester waren
lid van 't Nut en de welgestelde boeren achtten het een eer om in zulk
geleerd gezelschap te mogen vertoeven ...
In mei 1865 hield hij voor 't Nut een lezing over 'voeding' en het
volgende jaar over 'de magt des veroordeels'. Dat ging over
paardevlees, dat bij de boeren, die zelf koe- en kalfsvlees genoeg hadden,
taboe was. Paardevlees was armelui's eten! De armen aten het wèl, want je
werd er sterk van!
Meister Hammes was vooruitstrevend, zo niet zijn tijd vooruit! Op 29
september 1866 stelde hij in een Nutsvergadering voor gymnastiekonderwijs
op de scholen te geven; zoals was aanbevolen door Lubach en Allebé. Er
werd geen beslissing genomen. Er waren te weinig leden aanwezig. Op 21
januari 1867 stelde hij de kwestie weer aan de orde, maar weer geen
beslissing 'vanwege de diep-ingrijpende financiën'. (25 gulden
voor de toestellen en 100 gulden honorarium voor de leraar.) Hetzelfde
jaar, op 12 november, ontving meister Hammes een zilveren medaille, 'wegens
betoonden ijver in de zaak der vaccinatie'.
Hierbij valt te bedenken, dat het gereformeerde deel van Andijk
principieel tegen vaccinatie was: 'Zouden wij het goede wel uit de hand
des Heeren ontvangen en het kwade niet? De Heere Heere zal het voorzien'.
Hammes was dokter voor heel Andijk, dus zal hij heel wat tegenstand hebben ondervonden.
Hij had blijkbaar een drukke praktijk. Andijk had in de 60-er jaren ruim
2000 inwoners. Op 9 december 1867 werd Johan Scheffelaar Klots,
'geneesheer', lid van 't Nut. Deze jongeman was waarschijnlijk assistent
van meister Hammes. Maar op 22 maart 1869 heeft hij reeds weer voor 't Nut
bedankt en is datzelfde jaar te Hoorn getrouwd met Johanna Maria van
Hoolwerff. In 1891 was hij dokter te Westwoud.
Zoals hiervoor reeds gememoreerd waren van de veertien kinderen er twaalf
levend geboren. Vier daarvan zijn te Andijk jong overleden; de oudste
ervan was pas vijf jaar ... Acht van de veertien zijn volwassen geworden.
De kinderen die opgroeiden moesten zo mogelijk een trapje hogerop in het
dagelijkse leven. Daarvoor gingen ze, na de lagere school op het Buurtje,
naar de H.B.S.; eerst te Enkhuizen, later te Hoorn. Dagelijks vice-versa
was praktisch onmogelijk. Er was nog geen openbaar vervoer, zoals nu.
Waarschijnlijk gingen de kinderen daarom 'in de kost' bij familie of
kennissen. Zo werd de oudste zoon, Johan Adolf, op 26 november 1866 bij de
burgerlijke stand overgeboekt naar Enkhuizen. Petronella, de oudste
dochter, volgde 10 juni 1873.