» Religie
» 75 jaar "het Gele Kerkje" 1928-2003
» Pagina 45-46
Na de eerste kerkdienst in het bevrijde Andijk op zondag 6 mei 1945
spreekt ds. Stockmann zijn zorg uit over de opvang van de jeugd en in de
lijn van die gedachte staat hij stil bij wat zich in de kerken in ander
verband, met name in de Gereformeerde- en de Hervormde Kerk gaat
ontwikkelen.
"Hoopvol stemt het dat er een ernstig streven is waar te nemen bij
verschillende kerken om te trachten af te zien van ondergeschikte
verschilpunten die veel christenen nodeloos scheiden, om te komen tot een
Kerk van een belijdenis gegrond op het Woord Gods."
Verblijdend is wat hieromtrent gaande is in de Nederlandse Hervormde Kerk.
Met belangstelling wordt door de kerkenraad uitgezien naar de tijd waarin
er weer gelegenheid zal zijn tot vergadering en ruimte voor de pers, zodat
er meer licht in deze zaken gebracht kan worden, waarvoor men de volle
belangstelling heeft. De raad was er steeds van overtuigd dat het
kerkelijk apart staan haar door de nood was opgelegd.
In juli 1945 stelt de kerkenraad van Andijk zich in geweten de vraag of
het nog wel reëel is om de juist afgestudeerde hulpprediker Stockmann als
predikant te beroepen, voornamelijk met het oog op het slinkende aantal
gemeenteleden. Maar er is een kleine kern die beslist door wil gaan totdat
de mogelijkheid zich voor zal doen om met andere kerken samen verder te
gaan. Gegronde hoop bestaat hiervoor met het oog op hetgeen zich in de
Hervormde Kerk ontwikkelt in de richting zich te willen binden aan Gods
Woord en belijdenis en het leven daarnaar te willen richten.
"Zolang echter een fusie niet tot stand komt moeten wij doorgaan,
niet alleen, maar ook zo goed mogelijk doorgaan," spreekt de
kerkenraad met elkaar af.
De Gereformeerde Kerken (in Hersteld Verband) en de Nederlandse Hervormde
Kerk beginnen steeds meer naar elkaar toe te komen, want omstreeks
augustus 1945 schrijft ds. Van Deth een pastorale brief waarvan een deel
handelt over aansluiting bij de hervormden. Van Deth schrijft dat, indien
de aansluiting waardig en stijlvol plaatsvindt, de hele kerkgroep van het
Hersteld Verband gelijktijdig daartoe overgaan, zo kan het ook in de
huidige kerkelijke verdeeldheid in Nederland worden tot een getuigenis van
de eenheid van de Kerk van Christus.
Wanneer her Kerkblad weer gaat verschijnen zullen alle leden van de kerk
uitgebreid worden voorgelicht. Ook wordt overwogen in verband met de
mogelijke kerkenfusie een conferentie te beleggen, maar de kans kan
redelijk worden ingeschat dat begin 1946 de bekende overeenkomst tussen de
Hervormde Kerk en de Gereformeerde Kerk (in Hersteld Verband) aangenomen zal worden.