» Religie » Masereeuwers "Vrienden van de waarheid" » Pagina 8
Aan woorden ontbrak het hem niet! Maar zijn zelfvernedering lijkt ons
toch wat onecht. In al zijn geschriften komt dat herhaaldelijk voor:
"nietige aardworm", "madenzak", "allerminste
getuige", "arm worstelaar", "niet in mijn log en ijdel
vleesch te roemen", "ledig vat", "niets beduidende
sterveling", "arm en onwaardig man", enz. enz.
De profundis exclamat! Uit de diepten roep ik tot U... Dit is een erfenis
van het Oosters despotisme; de vrije Westerse mens is minder geneigd tot
knielen en "het stof te lekken". Als de Mohammedanen na de
oproep vanaf de minaret: "la Allah illa Allah" met het voorhoofd
op de grond geknield liggen te bidden, staan de Amerikaanse
toeristen er omheen. Was Jan Masereeuw werkelijk zo nederig? Dat zullen we
ons aan het eind nog eens afvragen...
Fel was hij tegen de kerk. Van doop of avondmaal wou hij niet weten.
Christus zou nu haastelijk komen, de oude bedéling had afgedaan, de
sacramenten waren niet meer nodig. Geen aanneming van nieuw lidmaten, geen
huwelijksinzegening. Wel trouwen voor het burgerlijk gezag, want hij was
een goede burger en een trouwe onderdaan.Vreest God, eert den koning!
Catechesatie vond hij wel goed, hij heeft de eerste jaren zelf onderricht
aan de kinderen gegeven uit het boekje van Petrus de Witte. Maar toen hij
later te doof werd om de vragen over te horen, gaf hij het op...
Waarom was hij zo uitermate fel tegen alles wat kerk was? Om twee voorname
redenen: omdat hij tegen een Staatskerk en tegen het modernisme was. Prins
Willem V was bij de komst van de Fransen in 1795 naar Engeland gevlucht. Zijn zoon was in Engeland
opgegroeid en had daar de Anglicaanse Staatskerk
gevonden. Hij was in 1813 met gejuich in Holland binnengehaald en als
koning Willem I te Amsterdam gehuldigd. Op 7 Januari 1816 had hij de (toen
nog gereformeerde) kerk aan zich getrokken. Het beroepen van predikanten
kon alleen met zijn goedvinden gebeuren. De rechtzinnigen in Nederland
waren hier vierkant tegen: alleen GOD was het hoofd van de kerk, geen
koning en geen paus kon daar iets aan veranderen! Ze waren ook fel tegen
het opkomende modernisme, (de"Groninger richting" van professor
Hofstede de Groot c.s.) dat vrijzinnigheid predikte. Van tekstcritiek
wilden ze niets weten: de Bijbel was het heilig, onaantastbaar Woord van
God, daar mocht nooit aan worden getornd! Ook Jan Masereeuw hield zich aan
de letter van de Schrift vast:
"... omdat ik in 's Heeren naam tot u.l. spreek, en Zijn heilige woorden om lief noch leed wil intrekken, verknoeien, verdraaien of verloochenen, daarom haat, smaadt en verwerpt gijl. mij. 0, mijn hart klopt en is gedurig weemoedig over u.l."