» Religie » Masereeuwers "Vrienden van de waarheid" » Pagina 24
Opperdoes was de kern, daar is het begonnen. Jan Masereeuw werkte na zijn "visioen" van
1822 niet meer. Hij was nu "geroepen dienaar" en deed niets dan schrijven... duizenden vellen
vol...
Het begin zal klein geweest zijn, alleen het eigen gezin. Maar langzamerhand werd de kring groter, er
kwamen meer belangstellenden,
familie en buren. Het is nog onbegrijpelijk. waarom zij Jan Masereeuw volgden... Het was wel meest de afkeer van de Hervormde Staatskerk met
haar Bijbelcritiek. Voor de rechtzinnigen was de Bijbel het Woord van God, heilig en onaantastbaar!
Bij de eerste Masereeuwers vinden we echte Opperdoezer namen: Zwier, Wijdenes, Baan, Trompetter...
Ook in Medemblik was er belangstelling.Johan Impeta en zijn vrouw Betje Spijker
behoorden ook bij de Masereeuwers. Daar werd hij "broeder Hannes" genoemd. Het bleef een kleine groep, 30 tot 40 personen.
Andijk was veel groter, mede door de ijver van Pieter Vriend. Die was in 1829 getrouwd en Jan Masereeuw kwam daar om de drie weken. In het begin
catechiseerde hij daar uit het vragenboekje van Hellenbroek. Later niet meer, omdat hij doof werd.
In de herfst van 1835 was Jan Masereeuw ook weer bij Pieter Vriend te Andijk. Toen was daar ook Klaas de Wit, een
blauwverver uit Grootegast. Die had op 9 Oktober 1834 te Ulrum de Hervormde dominee Smith uit Leens "geknepen of
geduwd" en de straf was niet mals: eerst drie maanden in voorarrest te Appingedam en daarna tien maanden in de "Krententuin" in
Hoorn...
Nu had hij zijn straf uitgezeten en was lopende op weg naar Grootegast... Op verzoek van Jan Masereeuw las
Pieter Vriend uit Mattheus 7 vanaf vers 15:
"Maar wacht u van de valsche Profeten, dewelke in schaapskleederen tot u komen, maar van binnen zijn zij grijpende wolven"........ "Niet een iegelijk, die tot mij zegt: Heere, Heere, zal ingaan in het Koninkrijk der hemelen, maar die daar doet de wil mijns Vaders, die in de hemelen is. Velen zullen te dien dage tot mij Zeggen: Heere, Heere, hebben wij niet in uwen naam geprofeteerd en in uwen naam duivelen uitgeworpen en in uwen naam vele krachten gedaan? En dan zal ik hun openlijk aanzeggen: Ik heb u nooit gekend; gaat weg van mij, gij die de ongerechtigheid werkt."
De toepassing kon ieder voor zichzelf maken.