» Religie » Masereeuwers "Vrienden van de waarheid" » Pagina 30
Ieder, die wat van de algemeen aanvaarde regel afwijkt, heeft vaak spot te verduren, vooral op een klein dorp, waar ieder iedereen kent. Zo verging het ook Jan Masereeuw. Als iemand plotseling ophoudt met zijn dagelijks werk en zich dan ook nog afzondert om in eenzaamheid zijn tijd te verdoen met schrijven, geeft dat aanleiding tot spotternij. Jan Masereeuw werd al spoedig van luiheid beticht en hij voelde dat zelf:
"...vanwege de verachtelijke zonde van luiheid, waarvan zij, tengevolge van hun diepe en jammerlijke onkunde, mij arm man ten laatste nog beschuldigen, om onder dit gemaskerde dekkleed, Gods krachtdadige en onweerstandeljke roeping voor de oogen der menschen te verbergen en toe te dekken. Al wie daartoe dan nu overtuigende bewijzen heeft die treedt op om mij, door den arbeid afgesloofde man, (43!) in deze redenen te dooden..." enz.
De voornaamste bron van de roddel over de Masereeuwers is wel het
geschrift van Ds. W.C.van Campen, dat hij
schreef voor het archief der Kerkelijke Geschiedenissen. De al dan niet
opzettelijke onjuistheden zijn in allerlei latere geschriften, o.a.
encyclopedieen, zonder meer overgenomen. Ds. van Campen was Hervormd
predikant te Opperdoes van 1847 tot 1859 en te Andijk van 1859 tot 1865.
Hij was dus een tijdgenoot van Jan Masereeuw, maar ze hadden geen contact
met elkaar. Jan Masereeuw fulmineerde dan ook tegen de predikanten in het
algemeen, nooit tegen Ds. van Campen in het bijzonder. Ds. van Campen ging
in 1865 van Andijk naar Goes en werd daar leraar aan de H.B.S. in Ned.
Taal, Geschiedenis en Aardrijkskunde. Hij was litt. doct. en lijkt ons
meer leraar dan dominee geweest te zijn.
Erger nog is het met Ds. Kok, gereformeerd predikant
te Bedum Gr., die in 1911 een blauwe maandag op Andijk geweest is en in
zijn boekje "De Profeet van Opperdoes" talrijke onjuistheden schreef.
Hij is daarover reeds in 1911 aangevallen door Miss Nelly
Mazereeuw te Grand Rapids, U.S.A., achterkleindochter van Jan Masereeuw.
Zij wrijft hem één voor één zijn fouten onder de neus. U kunt die
vinden in "De ware onderlinge bijeenkomst", gedrukt in 1941 bij J.J. Groen te Leiden.