» Historie
» Met sprongen door de Andijker Historie
» Hoofdstuk 1
» 11-13
Zie.... op een open plek in de luwte van een dennenbosje zijn drie mannen, een vader en twee zonen, druk bezig de zandgrond te ploegen.... Hun ploeg hebben zij zelf gemaakt: een zware eikentak met een scherpe punt als weerhaak om de grond open te scheuren. Meer kunnen ze niet bereiken....Hun ploeg heeft geen stortblad.... ze trekken slechts vrij regelmatige voren op pl.m. 30 c.M. afstand van elkaar en 10 tot 15 c.M. diep....
In die verse voren zaait dan de vader het zaad.... dat door de zon tot nieuw leven gewekt zal worden.... een oneindige
reeks van jaren.... (of zijn het eeuwen?) is dat reeds zo gegaan! Hier verbindt zich leven en dood....
Welke rituele voorschriften hij bij dit zaaien in acht moet nemen, weten wij nu niet meer....
Dan wordt het zaad ondergeploegd door nieuwe ploegsporen dwars
over de vorige te trekken.... Dertig eeuwen later vindt een geleerde professor de ruitsgewijze krassen
nog terug in de harde bodem....
Eind Juli van hetzelfde jaar 1000 v. Chr. wordt het graan geoogst.
Daartoe wordt het bosje-voor-bosje afgesneden met een scherp mesje van vuursteen, in hout gevat....
Dertig eeuwen later vindt een tuinbouwer zo'n stukje vuursteen bij het tweediepen.... Hij let er
nauwelijks op, maar de geleerde professor wil het graag hebben, hij vindt er allerlei merkwaardigs
aan.... hij vergelijkt zijn onderzoekingen.... hij reconstrueert.... en het leven van 3000 jaar terug keert weer....
Het leven, ja.... maar ook de dood....
Enkele jaren na 1000 v. Chr. sterft de vader en zijn zonen begraven
hem op het korenveld, dat hij zovele jaren met hen bewerkt heeft.... Zij leggen zijn lijk in een ondiep
graf en dekken het toe met zoden.... Steeds meer zoden dragen zij aan.... een lage heuvel wordt het
zo.... zeven meter in doorsnee.... Daaromheen graven ze 32 gaten.... Uit het bos slepen ze evenveel
palen aan, flinke palen, van 20 c.M. doorsnee. Die plaatsen ze rondom het graf.... Waarom eigenlijk?
Alleen om verstuiving tegen te gaan? Of tegen wilde dieren? We weten het niet.... Rondom de paalkrans
graven ze een ringsloot, anderhalf tot twee meter breed en een meter diep.... Dan is de grafsteê klaar!
Dagenlang.... misschien wekenlang moeten zij er aan gearbeid
hebben met hun primitieve middelen.... Welk een eerbied voor de doden spreekt uit dit moeizaam werk!
Eeuwen snellen voorbij.... Andere mensen leven op deze zelfde bodem.
Van een andere stam.... van een ander volk.... althans met andere gebruiken.... Zij verbranden hun doden
op de grafheuvel van het.... misschien door hen verjaagde.... volk. Ze werpen een nieuwe heuvel op. Ze
zetten er geen paalkrans om, maar graven een nieuwe ringsloot, uiteraard wijder en dieper dan de
vorige.... Met dit eenvoudig monument eren zij hun doden....
Weer snellen eeuwen voorbij.... Andere mensen betreden deze zelfde
grond. Zij graven eenvoudig een graf in de rand van de oude grafheuvel en leggen hun dode daarin....
Hebben zij niet meer eerbied? Of zijn het inderhaast begraven soldaten, althans krijgslieden, die hier
zo onnauwkeurig begraven worden....? We Weten het niet.... er is veel duisters in de historie.... veel dat nooit opgehelderd zal kunnen worden....
We nemen de tweede sprong, van prae-historie naar historie....