» Oud Andijk in Beeld » Deel 1 » Pagina 101
101.
De slopers hebben hun werk gedaan, nu is er ruimte voor paard en wagen en het in opkomst zijnde automobiel.
Achteraan is de bebouwing aan het Betonpad reeds zichtbaar.
Even het huisje van Piet Hoek, dat gaf ten opzichte van de eerdere opname enige twijfel, op deze ansicht
zien we dat het is „overvleugeld”, enig speurwerk bracht echter de ontknoping.
In het kleine bedoeninkje was gebrek aan levensruimte, besloten werd deze te vergroten zonder dat daarvoor
de werkplaats behoefde te worden gesloopt.
Ver over het oude heen is er een nieuw gedeelte aangebouwd, tot aan de oude schoorsteen, die is niet
van plaats veranderd.
Beter zou het zijn geweest het oude geheel te slopen, volgens de laatste bewoonster mevr. M.
Jonker-Heemsbergen verkeerde het in erbarmelijke slechte staat, binnen was het zeer vochtig, de vloer
verrot, en het betreden van de zolder nodigde uit er door te zakken.
Na het vertrek van de Jonkertjes is de sloop samen met het nieuwere ter hand genomen. Schoenmaker
Trappel is er niet op verslechterd, voor hem twee nieuwe pandjes, rechts wonen, links de werkplaats.
De schuur met de gebroken kap, links, is van Klaas Schenk Wzn. zijn huis staat er voor, aan het Betonpad.
Tussen de schuur en de werkplaats van Trappel in, het lange huis bestemd voor de gezinnen van Teun v.d.
Braber en Reinder Bankert, laatstgenoemde woonde aan de kant van Hoek.
We merken dat het schuitehellingsbedrijf verleden tijd is geworden, waar eens de schuitjes lagen zien
we nu dat het gebied is afgeschermd met rietmatten en hoog gaas, het lijken wel eendekooien.
Inmiddels is de aanblik van dit plaatje door de moderne tijd sterk veranderd, staande op dit punt kijken
we heden ten dage aan tegen een aantal nieuwe woningen.
Een schoolplein met spelende kinderen is slechts herinnering.