» Boeken » WO II » Ter herinnering aan de 25-jarige Bevrijding » Pagina 14
In ieder geval had de overgrote meerderheid van onze jongens geen behoefte om soldaatje te spelen en
de resultaten waren dan ook weer bedroevend. De bezetter gooide het nu over een andere boeg. Zo
langzamerhand lieten ze steeds meer hun ware gezicht zien.
Het werd door de bezetter verplicht gesteld om zich te laten keuren voor de arbeidsdienst of soldaat.
Veel jongens doken toen onder, want thuisblijven kon niet meer, want dan kwamen de mensenjagers ze wel
halen.
Zo begon voor velen een zwerversbestaan. Vaak opgejaagd uit de grote
steden, kwamen ze op het platteland terecht. Jullie begrijpen wel dat het
lang niet altijd even gemakkelijk was om die mensen te herbergen. Trouwens dat was nog niet eens het ergste.
De Duitsers, die allang door hadden wat er gebeurde stelden strenge
straffen in het vooruitzicht aan een ieder die onderduikers onderdak
verschafte. Toch heeft dat de mensen hier op Andijk niet belet om die
mensen, die op de vlucht waren, voor de bezetter, aan onderdak te helpen.
Toen kwam de organisatie, die de naam gekregen heeft van "Ondergrondse" pas goed op gang.
Dat gaf voor heel veel mensen bergen werk en voor hen werd het Ieven nóg
gevaarlijker. De mensen die zich bij de ondergrondse kwamen melden,
moesten een vals persoonsgebewijs hebben. Iedere burger had al zo'n ding,
maar zij die gezocht werden moesten om de Duitsers te misleiden een
schuilnaam hebben. Die persoonsbewijzen waren gemaakt van een bepaalde
papiersoort en ook dat gemaakt worden. Bovendien moesten er Duitse moest na stempels vervalst worden met handtekeningen erop.
Al dat werk heeft enorm veel moeite gekost, want dat moest zeer precies
gedaan worden, anders zagen de Duitsers dat het niet klopte. Maar het is
gelukt en zo zijn er ontelbare mensen geweest, die later hun redding te
danken hadden aan een vals persoonsbewijs. Natuurlijk moesten er ook
bonkaarten komen om eten en andere dingen voor de onderduikers te kunnen
kopen. Die bonkaarten werden door mensen van de ondergrondse vaak buit
gemaakt uit gemeentehuizen waar ze lagen opgesloten in kluizen.