» Boeken » Ter herinnering aan de 25-jarige Bevrijding » Pagina 37
En ze deden nog goed hun best ook. In hun zwarte apepakjes met hoge
hoerahoeden op, maakten ze met hun jachtgeweren voor al deze stumpers de
wegen onveilig. Omdat ze met jachtgeweren gewapend waren werden ze meestal
uitgemaakt voor "Janhagel". Een korps, dat door hun laffe
methoden soms nog meer berucht was dan de Duitsers. En de bevrijding kwam maar niet. Het duurde voor veel mensen te lang.
Ze stierven van de honger, van pasgeboren baby's tot oude mensen toe. Het
spook van de honger waarde rond en maakte steeds meer slachtoffers. Radio
Oranje kwam elke dag met berichten dat de geallieerden en de Russen al
vlugger oprukten naar Duitsland, maar het ging zo langzaam. Vanuit het
oosten kwamen de Russen met hun enorme legers, en dreven de eens zo
onoverwinnelijke Duitse legers steeds verder het verwoeste Duitsland in.
De geallieerden rukten vanuit het westen Duitsland binnen en elke dag
zagen we de enorme bommenwerpers en de vliegende forten van de bondgenoten overtrekken.
Ze bestookten Duitsland elke dag en elke nacht uit alle macht, omdat de
Duitsers van geen opgeven wilden weten. Ontelbare vliegtuigen zijn er hier
overgetrokken, soms zoveel, dat, wanneer je ze wilde tellen, je er niet
ver mee kwam, omdat er teveel waren. Zo zwaar was het geluid soms, dat de
ruiten er van trilden en je op de weg hard met elkaar moest praten om
elkaar te verstaan. Op al die vluchten zijn er heel veel neergeschoten. Zo
zijn er hier in 1944 ook 6 geallieerde piloten gevonden, allemaal in het IJsselmeer.
De Andijkers konden ze niet eens een begrafenis geven, zoals ze
verdienden, want daar zouden de bezetters bezwaar tegen hebben gemaakt.
Men heeft ze in alle stilte begraven, naast elkaar. En ze liggen er nog.
Vier van hen op de Westerbegraafplaats, Griffiths, Morral, Chapman en All,
en de andere twee, Todt en Stewart zijn op het Oosterkerkhof begraven.
't Waren eigenlijk nog jongens. De oudste was pas 23 jaar.